Extra opgaven 6.9 - 6.10

feedback
Extra opgave 6.9

Een onderneming koopt op 1 januari van jaar 3 een machine voor € 55.000. De levensduur wordt geschat op 4 jaar. De restwaarde wordt geschat op € 5.000. Er wordt afgeschreven met een vast percentage van de aanschafwaarde.

De jaarlijkse interest bedraagt 6% van het gemiddeld geïnvesteerde vermogen.

 

Vul het onderstaande schema in:

JaarBoekwaarde begin jaarAfschrijvingskostenInterestkostenTotale kostenBoekwaarde eind jaar
3
4
5
6

Toelichting

Afschrijvingskosten per jaar

€ 55.000 - € 5.000 = € 12.500

              4

 

Gemiddeld geïnvesteerd vermogen

€ 55.000 + € 5.000 = € 30.000

              2

Interestkosten per jaar 6% x € 30.000 = € 1.800

Antwoord indienen
feedback
Extra opgave 6.10

Een onderneming koopt op 1 januari van jaar 3 een installatie voor € 65.000. De levensduur wordt geschat op 5 jaar. De restwaarde wordt geschat op € 8.000. Er wordt afgeschreven met een vast percentage van de aanschafwaarde.

De jaarlijkse interest bedraagt 5% van het gemiddeld geïnvesteerde vermogen.

 

Vul het onderstaande schema in:

JaarBoekwaarde begin jaarAfschrijvingskostenInterestkostenTotale kostenBoekwaarde eind jaar
3
4
5
6
7

Toelichting

Afschrijvingskosten per jaar

€ 65.000 - € 8.000 = € 11.400

              5

 

Gemiddeld geïnvesteerd vermogen

€ 65.000 + € 8.000 = € 36.500

              2

Interestkosten per jaar 5% x € 36.500 = € 1.825

 

LET OP:

De boekwaarde daalt alleem door de afschrijving en niet door de interestkosten!

 

Antwoord indienen