Een onderneming heeft de volgende grafiek gemaakt:
In de grafiek kun je aflezen dat de totale opbrengst bij 2.000 eenheden € 650.000 is. De totale kosten zijn dan € 540.000. De totale kostenlijn start bij € 270.000.
Hoeveel bedraagt de verkoopprijs?
€ 650.000 / 2.000 = € 325
Bereken de variabele kosten per eenheid.
Totale kosten bij 2.000 eenheden
€ 540.000
Constante kosten bij 2.000 eenheden
€ 270.000
Variabele kosten bij 2.000 eenheden
Variabele kosten per stuk € 270.000 / 2.000 = € 135.
Bereken de break-even afzet.
BEA = € 270.000 = 1.421,05… afgerond 1.422 eenheden
€ 325 - € 135
Bereken de break-even omzet.
1.422 eenheden x € 325 = € 462.150
Een onderneming heeft de onderstaande grafiek gemaakt:
Benoem de lijnen.
Groen: nettowinst / bedrijfsresultaat
Grijs: totale variabele kosten
Blauw: omzet
Oranje: totale constante kosten
Geel: totale kosten
Op welke 2 manieren kun je het break-even punt bepalen?
1 Snijpunt Omzet (blauw) en totale kosten (geel)
2 Snijpunt Nettowinst / bedrijfsresultaat (groen) met de horizontale as